FAQ 

FAQ is een afkorting van het Engelse 'frequently asked questions', oftewel veel gestelde vragen. Hieronder staan vragen die regelmatig aan Peter de Zwaan worden gesteld. Ze zijn ingedeeld in vier categorieën: uitgeverij Zwarte Zwaan, Misdaad, Bob Evers-serie en Andere jeugdboeken. 

Uitgeverij Zwarte Zwaan

1. Waarom bent u een uitgeverij begonnen?
Twee redenen: 1. De Eekhoorn waar de Bob Evers-boeken verschenen, ging eind 2011 failliet en ik had geen zin om een andere uitgever te zoeken voor deel 52 Prijsschieten op een premiejager. 2. De Bezige Bij/Cargo vond De Loverman, de misdaadroman over de mensen die neuroloog Ernst Jansen Steur jarenlang de hand boven het hoofd hielden in het ziekenhuis in Enschede, ‘prachtig, maar niet commercieel genoeg’. Ik ben niet van de commercie, ik vind dat een schrijver absolute vrijheid moet hebben en niet gemakzuchtig moet gaan denken: als ik dit en dat in een verhaal stop, verkoopt het beter. Ik dacht begin 2013 toen De Bezige Bij/Cargo opeens commercieel ging doen: laat ze barsten, ik doe het zelf wel.

2. Lukt dat?
Nou en of. Eind mei 2013 zijn de eerste boeken verschenen bij mijn eigen uitgeverij Zwarte Zwaan: de herziene tweede druk van Clandestiene streken op een cruiseschip, deel 51 van de Bob Evers-serie, en het nieuwe Prijsschieten op een premiejager, deel 52 van de serie. Prijsschieten op een premiejager werd al snel herdrukt.
Begin oktober 2013 verscheen, in samenwerking met uitgeverij Ellessy, De Loverman, de misdaadroman rond neuroloog Ernst Jansen Steur. Ook dit boek is herdrukt.
In april 2014 verscheen deel 53 van Bob Evers, Glorierijke missers in La Gloria. Daarna kwamen elk jaar twee delen van de Bob Evers-serie uit.
In 2018 verscheen bovendien Het eerste Bob Evers Verhalenboek met als titel 'Botsingen met oude bekenden', in 2019 kwam Het tweede Bob Evers Verhalenboek 'Een trio en drie dubbele duo's' uit.
De succesvolle bundel Kreukelzone met 52 columns over de leuke en niet zo leuke kant van ouder worden verscheen in 2017.
In 2022 verscheen 'De hut van Broes de poes', een kinderboek met verhaaltjes van mij die zijn voorzien van tekeningen van kleinzoon Melle. Het was Melle (toen acht jaar) die de onderwerpen bedacht. Het zijn luxe boeken: duur maar mooi.

3. Gaan er meer boeken verschijnen bij Zwarte Zwaan?
Absoluut. Elk jaar verschijnen er bij Zwarte Zwaan twee of drie Bob Evers-boeken.
In 2023 zijn uitgekomen de delen 70 Met gestolen geld naar Gibraltar, 71 Een postpakket voor Porto en 72 Fietspompen voor een fortuin.
'Fietspompen  ...' is een boek - met Jan en Arie als middelpunt - zonder computers en mobiele telefoons, maar met telefooncellen en ouderwetse Hollandse guldens en dubbeltjes.

 

4. Zijn uw boeken te koop bij u en in de boekwinkel?
Koop ze bij mij als je in de Bob Evers-boeken initialen en een nummer wilt hebben. Op de pagina bob evers zie je hoe dat werkt. Voor meer informatie: stuur een mail naar zwarte-zwaan@kpnmail.nl. Je kunt ook naar een boekwinkel gaan of ze bestellen bij Bol.com.

5. Zijn de boeken in de winkel even duur als bij u?
Meestal wel, maar niet altijd. Het zit zo. Een Bob Evers-boek kost 14,99 euro. De boekhandel krijgt 40 % korting, maar moet, als de boeken rechtstreeks bij uitgeverij Zwarte Zwaan worden besteld, wel verzendkosten betalen. Soms (maar gelukkig meestal niet) worden de verzendkosten doorberekend aan de klant, dus het kan voorkomen dat je bijna 19 euro moet neertellen. Wie in Nederland woont en bij mij bestelt, betaalt 14,99 per boek plus 4 euro portobijdrage per verzending (dus niet per boek).

6. Komen de boeken uit als e-boek en/of luisterboek?
Ja. Het was me te veel gedoe om het zelf te doen en er is me nog steeds veel te veel piraterij, maar de eigenaar van ClusterEffect/Davey Jones Publishing heeft me overgehaald. De delen 37 tot en met 67 zijn nu als e-boek verkrijgbaar.
Bij uitgeverij ClusterEffect/LuisterEffect verscheen een aantal luisterboeken. Dit aantal neemt gestaag toe dus kijk bij de uitgeverij als je wilt weten om welke titels het gaat.


7. Komen er herdrukken van eerdere delen van de Bob Evers-serie?
Niet meer. De delen 51 Clandestiene streken op een cruiseschip, 52 Prijsschieten op een premiejager en 53 Glorierijke missers in La Gloria zijn herdrukt en daar laten we het bij. De vraag blijft, maar wij (van Zwarte Zwaan) hebben er domweg geen zin meer in. Ben je te laat dan heb je pech.

8. Ik kan bij het bestellen via de bank mijn adres niet doorgeven. Wat moet ik doen?
Stuur een e-mail naar zwarte-zwaan@kpnmail.nl of p.dezwaan@kpnmail.nl met je naam, volledige adres, postcode en land (als je in het buitenland woont). Noem de nummers van de Bob Evers-boeken die je wilt hebben. Wij combineren de gegevens en sturen je de boeken toe.

Misdaad

1. Komen er meer misdaadromans met als hoofdpersoon Jeff Meeks?
Nou en of. In het najaar van 2019 is 'Lenny the Giant' verschenen bij uitgeverij Ellessy. Het is de zesde misdaadroman met als hoofdpersoon 'loner' Jeff Meeks. Het verhaal speelt zich af in New Orleans en op Hawaï. Lenny the Giant is een vrouw van 1.17 meter. Samen met haar man Little Levy verdient ze de kost met dwergbowlen, de Louisiana-variant op dwergwerpen.
In september 2020 is, ook bij Ellessy, nummer zeven in de Jeff Meeks-reeks uitgekomen: Het hoofd van Little Levy.  
Lenny the Giant is vermoord en Little Levy Beaurevoir wil wraak. Omdat hij weet dat hij geen denker is, moet Jeff Meeks hem helpen. Samen trekken ze het land door, van Upland Californië tot Totacon Arizona en Branson Missouri.  Dat doet ook Rockne Paradise. Zijn opdracht is: hou Meeks in leven. Dat is wennen voor iemand wiens beroep huurmoordenaar is.
Voorjaar 2022 verscheen bij Ellessy 'De meidenschuur'. Jeff Meeks incasseert in het plaatsje Dover, New Jersey een deel van de erfenis van Little Levy en Lenny the Giant. Hij loopt de bank uit en wordt neergeslagen en beroofd.

2. Waarom zijn veel van uw hoofdpersonen hele of halve criminelen?
Ik hou er van om te schrijven over mensen die niet deugen. De kunst is om iemand die niet erg deugt zo neer te zetten dat de lezer toch met hem gaat meeleven. Een keurige, oppassende burger aardig laten lijken is zo moeilijk niet. Een a-morele figuur die liegt en bedriegt toch iets aardigs meegeven is een stuk lastiger, en aanzienlijk interessanter. Neem Jeff Meeks uit De Voeder, Duivelsrug, De Charlsville Jackpot, Een zaak van vrouwen, De mooiste meid van Oregon dat in 2010 als Voortvluchtig is verschenen, Lenny the Giant, Het hoofd van Little Levy en De Meidenschuur: hij groeide op in een kansarme buurt in Denver, moest toen hij een puberende slungel was de stad ontvluchten en kwam terug nadat hij was uitgegroeid tot een boom van een vent. Hij is de slimste niet, maar hij is street-wise en daardoor weet hij zich te handhaven tegenover de echte criminelen.

3. Weet u de plot al voordat u begint te schrijven?
Nooit. Ik heb vaag een idee over de richting die ik uit moet, noem het maar een thema. Het verhaal ontwikkelt zich terwijl ik schrijf.

4. Hoe komt u aan uw onderwerpen?

Uit de krant, uit losse knipsels, uit aantekeningen. Het thema voor Het Alibibureau komt uit een krant. Daarin stond een klein bericht over twee Britten die alibi's bedachten voor scholieren die wilden spijbelen, en voor mensen die hun man of vrouw voor de gek wilden houden. De Voeder ontstond na het lezen van een verhaal over mannen die kicken op het vetmesten van hun vrouw. De Charlsville Jackpot schreef ik na een discussie met iemand die zei: ‘Veel geld maakt niet gelukkig’. Ik dacht: o, nee? De winnaar van ruim 80 miljoen in De Charlsville Jackpot voelt zich uiterst gelukkig met het geld, maar het gaat mis met de mensen die van hem willen profiteren. Een zaak van vrouwen vloeide als het ware voort uit De Charlsville Jackpot. De meidenschuur is onder meer gebaseerd op een krantenverhaal over mensen die uit pure nood hun geluk zoeken in de USA.

5. Hoe komt u aan de titels?
Door toeval, het buitengebeuren, hulp van de uitgever, geluk. Het bedenken van een titel is lastiger dan het schrijven van een boek. Ik ben er blijkbaar niet erg goed in; meestal is het een heel getob.

6. Wie is uw favoriete thrillerschrijver?
Vroeger waren dat Dashiell Hammett en Raymond Chandler, daarna Elmore Leonard en Robert B. Parker en nog wat later Carl Hiaasen en Lee Child voor hij zijn boeken minimaal honderd pagina's dikker maakte dan nodig is. De allerbeste is Gavin Lyall.

7. Wat vindt u van het verschil dat sommige mensen maken tussen romans en misdaadromans?
Weinig eigenlijk. Wie er verschil tussen wil maken, moet vooral zijn gang gaan. Wat me vermaakt, is een opmerking die ik vaak hoor: ‘Ik heb vorige week een misdaadroman gelezen, ik wist niet dat die zo goed konden zijn.’ Het is dat ik zo aardig ben, daarom zeg ik het niet, maar ik denk het wel: dat had je veel eerder ontdekt als je je iets beter had georiënteerd.


8. Schrijft u ook verhalen?

Zeker wel. Een aantal is in druk of als e-boek verschenen. Columns maak ik te hooi en te gras voor deze website en voor onder meer De Spanningsblog.

Bob Evers-serie

1. Hoe bent u er toe gekomen de BE-serie voort te zetten?
Door toeval. Ik schreef de Tijger Tigran-serie voor De Eekhoorn. De toenmalige fondsredacteur zei dat er in de kluis nog een manuscript van Willy van der Heide lag waarvan het laatste hoofdstuk ontbrak. Ik vertelde dat ik een fan van de Bob Evers-serie was en alle delen van haver tot gort kende. Hij vroeg of ik zin had het laatste hoofdstuk te schrijven. Ik wilde dat wel proberen, nam het manuscript mee en ontdekte dat het om bijna een half boek ging. Ik heb deel 33 toch afgemaakt en gemerkt dat de fans niet konden vinden waar ik was begonnen. Zelfs lezers die diepgaand taalonderzoek hebben verricht, zich hebben gebogen over gebruik van komma's en anglicismen, kwamen uit op de verkeerde plaats.

2. Heeft u Willy van der Heide ooit ontmoet?
Meerdere malen. Ik ben opgegroeid in Meppel. Willy werkte daar op verzoek van zijn uitgever (Stenvert) en verbleef in hotel Ogterop dat vlak bij mijn school stond. We zagen hem vaak lopen, en gingen dan altijd bliksemsnel naar de andere kant van de straat. Wij waren negen of tien jaar, en durfden niet naar die lange, besnorde man te lopen wiens boeken we zo bewonderden. Toen ik journalist was, heb ik Willy een paar keer geïnterviewd. We bleken over ongeveer hetzelfde soort humor te beschikken en belden op gezette tijden over het schrijversvak, de serie en de fans die, vond Willy, soms iets te opdringerig waren.

3. Hoe lang doet u over een Bob Evers-boek?
Het hangt er vanaf waar je begint te tellen. Bij de eerste letter die ik op papier zet, of bij de eerste gedachte die ik aan een deel besteed. Hou het maar op een maand of vier, vijf. Voor ik begin, lees ik oude delen om in de sfeer te komen.

4. Kent u alle plaatsen die in de boeken voorkomen?
Ik bezoek alle plaatsen, ook die in het buitenland. Ik koop plattegronden en laat foto's maken. Veertig jaar geleden gingen er geen lezers in Mexico kijken of daar een tafelberg was die de lucht in kon vliegen. Mexico was veel te ver weg. Tegenwoordig gaan er jaarlijks duizenden toeristen naartoe. Heel wat lezers van de serie gaan kijken in de steden die ik beschrijf. Ik wil dat ze zien dat de situatie uit het boek klopt.

5. Wat vindt u ervan dat de BE-serie een fanclub heeft van volwassenen?
Iedere fan is meegenomen. Het bizarre is wel dat ik eigenlijk gedwongen was boeken te schrijven voor kinderen van tien, elf jaar die leesbaar zijn voor volwassenen ouder dan vijfitg. Dat valt niet mee. Ik ben me blijven richten op de kinderen, daar is de serie vanouds voor bedoeld. Wie ouder is, moet zich maar dwingen zich een paar uur kind te voelen. De meeste lezers slagen daarin. Een paar lukt het niet. Zij vinden dat ze het veel beter kunnen. Om dat te bewijzen schrijven ze zelf een deel en dat deel is in hun ogen natuurlijk pas een echte Bob Evers. Zelfs Willy zou hun topprestatie niet kunnen verbeteren.

6. Waarom wilde u in 2003 met de serie stoppen?
Omdat ik toen dacht: je moet niet eindeloos doorgaan. Voor je het weet ben je tachtig en schrijf je nog steeds over drie jongens die al meer dan 75 jaar achttien zijn. Vijftig boeken, het is niet niks. Lees ze allemaal maar eens achter elkaar, dan weet je wat ik bedoel. Later, veel later, kreeg ik toch weer zin en ging ik door met de reeks. En wat blijkt: ik ben nu bijna tachtig en Jan, Bob en Arie zijn nog steeds achttien. Het is een wonder.

 

Andere jeugdboeken

1. Vindt u het leuker om zelf een serie te beginnen dan een serie van een ander voort te zetten?
Het is makkelijker om zelf een serie te bedenken. Je kunt de hoofdpersonen dan maken zoals je zelf wilt en hoeft geen rekening te houden met wat iemand vóór je heeft gedaan en wat de bewonderaars van die voorganger van je verwachten.

2. Hoe bedenkt u het allemaal?
Gewoon gaan zitten en je fantasie gebruiken, dan komt het vanzelf. Of niet natuurlijk, maar dan ben je geen schrijver.

3. Waarom maakt u meestal series?
Ik denk nooit aan een serie als ik aan een boek begin, het zijn altijd de uitgevers die zeggen: kun je rond dezelfde hoofdpersonen nog iets bedenken? Het eerste boek dat ik schreef was Smokkel over de groene grens. Uitgeverij De Fontein wilde het uitgeven en vroeg of ik nog een deel wilde maken. Het zijn er vier geworden, toen werd de uitgeverij verkocht en kreeg ik te maken met iemand met wie ik niet op kon schieten. Dat betekende het einde van de Beer en Marc-serie.

4. Hoe komt het dat u bij verschillende uitgeverijen publiceert?
Omdat uitgeverijen me bellen en vragen of ik een boek wil schrijven. Zo ging het met Ellessy, waar de serie Watjes Wereld is verschenen over een stuk of tien jongens en meisjes die allemaal als 'een watje' worden beschouwd maar die samen heel wat voor elkaar krijgen, en zo ging het met uitgeverij Leopold die vroeg om een jeugdthriller. René Appel en Tomas Ross zouden ook aan de serie meewerken. Ik vond het een leuk idee en heb toen Koerier van het kwaad  geschreven en Inbrekers op bestelling. Later volgde, bij Ellessy, Mijn 51 dagen met Rooie Jim, een boek waarin je Giethoorn kunt herkennen.
De Bob Evers-boeken verschijnen bij mijn eigen uitgeverij: Zwarte Zwaan. Daar is ook het cadeauboek Kreukelzone verschenen waarin 52 columns over ouder worden zijn gebundeld en De hut van Broes de Poes, dat ik heb gemaakt samen met mijn kleinzoon Melle die toen acht jaar was. Hij droeg alle onderwerpen aan en maakte tekeningen bij de verhaaltjes.

5. Wat is uw favoriete boek?
Het boek waar ik aan bezig ben. Als ik schrijf denk ik: dit wordt het beste boek ter wereld. Zo hoort dat, als je schrijver bent, als je denkt dat je bezig bent aan een boek dat niet het beste is, moet je meteen ophouden.


(Laatste update april 2023)